Yogyakarta - Java
Na een dollemansrit in een minibusje van ruim negen uur, zijn we heelhuids aangekomen in Yogyakarta. En dat mag een wonder heten, want onze chauffeur leek wel op een kamikazemissie. Vol gas links en rechts inhalen op een tweebaansweg met tegemoetkomend verkeer (en dan maar hopen dat 'ie het busje luttele seconden voor een frontale botsing op de juiste weghelft kon proppen), daar draaide hij zijn hand niet voor om. Via de berm zigzaggend tussen een paar bomen door terug de weg op rijden - uiteraard zonder om zich heen te kijken - ook niet. En dat de weg maar half was geasfalteerd en vol diepe kuilen zat, leek hij niet eens in de gaten te hebben. In zijn achteruitkijkspiegel zag ik tot mijn grote schrik bovendien dat hij heel regelmatig zijn ogen een paar seconden dichtdeed (powernaps?), uiteraard terwijl hij met negentig kilometer per uur over de snelweg denderde.
Afijn, we kwamen dus ietwat dizzy, met hartkloppingen en door elkaar geklutst aan in Yogyakarta. Maar wat een leuk stadje is dit. Het voelde een beetje als thuiskomen. Er zit zelfs een Via Via om de hoek van ons hotel. Deze, van oorsprong Belgische keten van reiscafés kom je tegen in de raarste uithoeken van de wereld, waaronder in het Nicaraguaanse stadje Leon, waar wij twee jaar geleden elke avond zaten. Ook wel fijn om hier weer eens bruin brood en een lekker pastaatje te eten, na anderhalve week nasi goreng, ayam goreng en bakso goreng (oftewel: rijst met stukjes groenten en alle variaties smaken exact hetzelfde). Wel belachelijk veel toeristen en dan met name backpackers en vijftigplussers die met een georganiseerde groepsreis mee zijn en braaf met z'n allen in een rijtje achter de reisleider aan door de stad wandelen.
Dat Yogyakarta met voorsprong de populairste toeristenbestemming is van Java, werd nog maar eens duidelijk toen we de eerste avond op zoek gingen naar een kamer en alle hotels in onze wijk Prawirotaman vol bleken. Daar word je natuurlijk helemaal niet blij van na een lange busreis. Maar na twee uur zoeken en rondvragen (het was inmiddels donker) is het, mede dankzij de gelikte onderhandelingstechnieken van Arjan, alsnog goed gekomen. En hoe! De eerste nacht was even doorbijten in het groezelige Metro hotel (met bedden nog in plastic verpakt en een badkamer die toch zeker een paar weken niet meer was schoongemaakt, brrr), maar inmiddels zijn we neergestreken in het oh zo mooie Indah Palace, dat is gebouwd rondom een zwembad met magnoliabomen, schommelstoelen, met lekkere ontbijtjes en standaard vanaf 17u in het tuinhuis afternoon tea met loempia's (waarvan Arjan er wegens structureel gebrek aan lunch elke dag minstens zes eet). En dat voor omgerekend nog geen €30 per nacht.
De afgelopen dagen hebben we alle highlights van Yogyakarta en omgeving gezien. Om te beginnen het paleis van de sultan in de Kraton; een ommuurd stadje in het hart van Yogya met 2500 inwoners, waarvan ongeveer eenderde voor de sultan werkt. Het paleis, de hoftuinen en paviljoens waren absoluut de moeite waard, maar leuker nog was het om door de wirwar van kleurrijke straatjes rondom het waterkasteel te lopen waar het dagelijkse leven zich hoofdzakelijk buiten afspeelt. Op dag twee hebben we onze culturele ontdekkingstocht voortgezet in het museum van Affandi, een van de meest invloedrijke kunstenaars die Indonesië ooit heeft gekend. Het huis waarin hij woonde met zijn twee vrouwen en kinderen werd na zijn dood, nu ruim twintig jaar geleden, op zijn verzoek, opengesteld voor publiek. Grappig weer om te zien dat zijn schilderijen, die tegenwoordig een slordige twee ton per stuk opleveren, hier gewoon vlak naast een open raam hangen en bij elke windvlaag gevaarlijk aan een touwtje op en neer tegen de muur bungelen. Niemand die zich daar druk om maakt. Tenslotte hebben we natuurlijk de Hindoe tempels van Prambanan en het kolossale Boeddhistische monument de Borobodur bezocht. Een lachertje als je eenmaal Angkor Wat in Cambodja met eigen ogen hebt aanschouwd, maar nog steeds waanzinnig om te zien natuurlijk.
Waar we overigens helemaal gek van worden hier, is dat we zo ongeveer overal waar we komen ongegeneerd worden aangekeken, nagestaard en uitgelachen. Het toppunt (of dieptepunt, 't is maar net hoe je het bekijkt) beleefden we gistermiddag op de Borobodur. Bij elke stap die we zetten, stormde een hele familie, inclusief opa's, oma's en een hele rits kinderen op ons af. Om allereerst met z'n allen en vervolgens nog eens allemaal apart met ons op de foto te gaan. Engels spreken ze geen van allen, maar de zinnetjes 'helloooooo fotooooo?' en 'now we want one by one' kennen ze allemaal. Giechelende schoolmeisjes en -jongens renden zelfs tegen de klok in rondom de tempel (en dat is dus echt de goden verzoeken) om ons ergens onderweg vast te klampen en flits-flits-flits van alle kanten te fotograferen. Dit verhaal heeft trouwens ook een andere kant, want in minder toeristische gebieden kom je juist weer onzettend veel lieve, rustige mensen tegen, die naar je zwaaien en glimlachen en je graag helpen, zonder daar ooit iets voor terug te willen.
Hoewel we ons hier nog makkelijk een paar dagen zouden kunnen vermaken, is het tijd om verder te gaan. We hebben zo ongeveer alles in en rond Yogyakarta gezien, gerelaxed, bijgeslapen, -gegeten en gezwommen. Morgenochtend worden we opgepikt bij het hotel en vertrekken we naar Malang in Oost-Java. Maar niet voordat we nog een laatste, verkoelende duik in het zwembad hebben genomen en van een afscheidsdiner bij Via Via hebben genoten.
Tot over een paar daagjes, dan waarschijnlijk vanaf de Bromo vulkaan.
Selamat jalan!
Reacties
Reacties
Hoi A&A, wat een mooi verhaal en prachtige foto's weer!
Krijgen we de foto's met al die locals ook nog one by one te zien? :-)
Voor mij dit jaar alleen vakantiefoto's met berggeitjes - heel wat anders maar heb er al zin an!
Heel veel plezier weer daar, geniet ervan en blijf bloggen, dat verhoogt het zomergevoel aan deze kant van de aardbol nog enigszins.
Greetz!
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}